2000 jaar

 

Ameland te leen

In 1398 wordt Ameland door Albrecht in leen gegeven aan Aemt van Egmond aan wie Ameland bevoegdheden worden gegeven als ware het een vrije heerlijkheid. In 1469 verordonneerde Karel de Stoute dat Ameland van Friesland wordt afgezonderd. Na lange tijd van betwisting of Ameland al of niet bij Friesland zou behoren kwamen vanaf 1425 de Cammingha’s in beeld die als teken van gezag het slot te Ballum heeft laten bouwen, ongeveer op de plaats waar nu het gemeentehuis staat. Zijn kleinzoon trouwde met de weduwe Sieko Cammingha en aldus zal deze naam voor lange jaren tot 1681 met Ameland zijn verbonden.

Onder de titel vrij- en erfheer of -vrouwe regeerden de Cammingha’s soms met harde hand, anderen waren weer mild. Er werden in die tijd ook allerlei wetten uitgevaardigd onder de naam van Statuten, Ordonnantiën en Costuymen van Ameland. De Cammingha’s spraken ook recht, waarbij soms de vreselijkste lijfelijke straffen werden uitgedeeld, waartegen de bevolking in opstand kwam.

Het eilandbestuur bestond in 17e eeuw verder uit de baljuw en zijn substituut, beiden benoemd door de vrijheer en per dorp waren er twee volmachten, twee burgemeesters en acht vroedslieden, totaal 12 personen per dorp. Tot de taak van de volmachten behoorde tezamen met de baljuw en diens substituut politietoezicht en een ieder in zijn rechten te verdedigen.

Tevens verzorgden zij de gehele huishouding van Ameland en bekostigden uit de eilandskas de kosten van torens,kerken, scholen, wegen, bomen, de vroedvrouw en de priester. De eilandskas werd gevuld door een belasting op de huizen.

Vorige pagina

Ameland naar Oranje

De ‘Amelander’ tak van Camminga’s stierf uit. Tot de erfgenamen behoorde de familie Thoe Schwartzenberg Hobenlansberg. Het eiland werd door die familie in 1704 voor fl 170.000,- verkocht aan Henrrietta Amalia van Annhalt-Dessau, die het kocht voor haar niet volwassen zoon Johan Willem Friso, de erfstadhouder van Friesland.

Ameland kwam nu onder gezag van het Huis van Oranje. Met de komst van de Franse bezetters was het gedaan met de onafhankelijkheid. In 1801 werd het bij Friesland gevoegd. Toen Nederland in 1813 een onafhankelijke staat was geworden, was het definitief met de zelfstandigheid gedaan. Als gezaghebber namens de Staat der Nederlanden werd een burgemeester aangesteld. En dat is tot op de dag van vandaag toe nog steeds het geval, alleen met dit verschil, dat nu de raad de wetgevende macht is. De raad bestaat uit 11 leden, twee wethouders en een burgemeester.

kasteelcammingha